Boeken

Fuck de regels

fuckderegelsHet boek “Fuck de regels” van Ben Kuiken stond dit jaar op mijn sinterklaas verlanglijstje. Een boek uit 2012. Ik had de titel voorbij zien komen via twitter. Het boek gaat in op drie onderwerpen die me interesseren: de verhoogde regeldruk in de zorg, praktische wijsheid en veranderen.

Allereerst de verhoogde regeldruk in de zorg als gevolg van de liberalisering en privatisering. Hiermee is ook het aantal instanties toegenomen die moeten toezien op een goede werking van de zorgmarkt. Zorgverzekeraars maken productieafspraken met zorgaanbieders, maar willen voor hun geld wel nauwkeurige gegevens terugzien. Deze verhoging van de regeldruk gaat gepaard met het steeds sterker worden van het idee van de maakbaarheid van de samenleving en de mens. We weten van regels dat zij een normondermijnend effect kunnen hebben. Hoe meer er gecontroleerd wordt, hoe hoger de boetes, hoe minder mensen zich aan de regels houden.
Illustratief is het voorbeeld wat Kuiken beschrijft bij een kinderdagverblijf in Israel. Een hardnekkig probleem van kinderdagverblijven is dat sommige ouders steevast te laat komen om hun kind op te halen. De leiding besloot een boete in te voeren: 4 euro boete per keer dat je te laat kwam. Hiermee werd de ethische norm, waardoor men zich schuldig voelde als men te laat kwam, vervangen door een financiele afweging. Het schuldgevoel verdween en mensen gingen rekenen: als ik nog een half uurtje doorwerk, verdien ik zo veel extra, dat is de boete me wel waard.

Ooit heeft Aristoteles ‘praktische wijsheid’ in het leven geroepen. Onlangs door sociaal wetenschappers als Barry Schwarz weer aangehaald. Het gevaar van regels en het strict hanteren van de regels is dat dit mensen de mogelijkheid ontneemt om praktische wijsheid te ontwikkelen. Als je blind een regel volgt, hoef je zelf niet meer na te denken en leer je dus ook niet je oordeelsvermogen te gebruiken. Donald Schon beschrijft in zijn invloedrijke boek “The Reflective Practitioner” (1983) de noodzakelijke reflectie op het eigen handelen en het leren in de praktijk. Volgens Schon passen goede professionals hun handelen voortdurend aan de specifieke omstandigheden van een situatie aan. De manier waarop ze dit leren is door een proces van trial en error: door een bepaalde aanpak uit te proberen, te kijken wat er gebeurt, daarop te reflecteren en de aanpak indien nodig aan te passen. Ik noem dat iteratief werken, een van mijn leidende principes. In een gezonde beroepspraktijk is er daarom ruimte voor discussie. Er is ruimte voor reflectie, zowel in de handeling van de professional zelf, die al zijn oordeelsvermogen en vindingrijkheid nodig heeft om een juiste beslissing of aanpak te kiezen, als achteraf in de evaluatie en verantwoording van keuzes. En waar die ruimte er niet (meer) is, waar professionals alleen nog maar regeltjes en protocollen moeten volgen en elkaar niet meer aanspreken op fouten, daar bloedt de praktijk langzaam maar zeker dood. Dan wordt er niet meer vernieuwd en zijn professionals bezig om zich in te dekken, om te voorkomen dat ze betrapt kunnen worden op fouten. Maar morele dilemma’s doen twijfelen. Het is juist goed om op verschillende manieren naar situaties te kijken.

Dan als laatste veranderen. Ik heb tijdens het lezen van ‘Fuck de regels’ vaak gedacht aan de boeken van Thijs Homan (Organisatiedynamica uit 2005 en het Et-Cetera-principe uit 2013). Ben Kuiken beschrijft uitspraken van bijvoorbeeld Nol Groot, ex-directeur van NS Reizigers, die een aantal boodschappen van Homan bevat. Nol Groot kwam namelijk tot de conclusie dat managers veel minder grip hebben op het dagelijkse reilen en zeilen van de organisatie dan ze denken en zouden willen. Hij acht het in grote organisaties zelfs onmogelijk om processen rechtstreeks aan te sturen, omdat deze zich niet vormen in de spreadsheet van de manager, maar in de dagelijkse praktijk en als gevolg van de dagelijkse interactie tussen medewerkers, reizigers, leidinggevenden en technologie. Het enige dat managers volgens Groot kunnen doen, nadat ze de illusie van controle hebben opgegeven, is stimuleren dat medewerkers van elkaar leren zodat er een nieuwe, meer effectieve praktijk kan ontstaan.

Net als Homan beschrijft ook Kuiken de twee principes waaraan spreeuwen zich in de lucht houden: houd steeds voldoende afstand tot de spreeuw naast je en zorg dat je niet aan de buitenkant van de groep terecht komt, want dan ben je een makkelijke prooi voor de roofvogels. Hierdoor vliegen ze niet allemaal dezelfde kant op maar vormen ze ingewikkelde patronen.

Dit gaat ook op voor mensen. Kuiken beschrijft de methode organizing. Het idee achter Organizing is dat werknemers zelf opkomen voor hun belangen. Van onderaf, ook in lastig en moeilijk te organiseren branches. Instructies van een meester of manager zorgen er voor dat natuurlijk gedrag wordt afgeleerd. De meeste mensen zijn prima in staat om ingewikkelde problemen en situaties zoals conflicten op te lossen. Dat dien ze van nature en uit zichzelf. Totdat je hen gaat vertellen hoe ze dat moeten doen; dan kunnen ze het opeens niet meer zelf…..

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.